Markus 14
(43) Hij was nog niet uitgesproken, of daar kwam Judas, een van de twaalf, vergezeld van een bende met zwaarden en knuppels, gestuurd door de hogepriesters, schriftgeleerden en oudsten.
(44) Zijn verrader had een teken met hen afgesproken door te zeggen: "Die ik zal kussen, Hij is het; grijpt Hem vast en voert Hem onder strenge bewaking weg."
(45) Hij ging recht op Jezus af en zei; "Rabbi!" En hij kuste Hem.
(46) Zij grepen Hem en maakten zich van Hem meester.