× 
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

           
welkom menu contact zoeken
HeiligenkalenderHeiligen op naamPatroonheiligenHedendaagse namenMeer...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van de hagiografieën, overleed 30 oktober 2022
† ca 572  Pol Aurélien de Léon

Info afb.

Pol Aurélien (ook Paol, Poul  of Paulus Aurelianus) de Léon, Bretagne, Frankrijk; † ca 572.

Feest 12 maart.

Hij zou rond 492 in Wales geboren zijn. Zijn naam duidt erop dat hij van Anglo-Romeinse afkomst was. Zijn ouders hadden natuurlijk voor hem een baan in het leger in gedachte, maar zelf voelde de jongen zich aangetrokken tot de nieuwe godsdienst die sinds kort zijn intrede had gedaan in Brittannië, het christendom. Hij wist zijn ouders ervan te overtuigen hem voor zijn opleiding  naar klooster Llantwit te sturen op het eiland Caldey. Dat stond onder leiding van zijn stichter Sint Illtud († 505; feest 6 november). Hij zat daar tezamen met anderen die later zouden uitgroeien tot grote heiligen, zoals Samson van Dol († 565; feest 28 juli), Gildas de Wijze van Rhuys († 570; feest 29 januari) en David van Wales († 601; feest 1 maart).

Op zestienjarige leeftijd krijgt hij toestemming kluizenaar te worden op een landgoed van zijn ouders. Zes jaar later wordt hij priester gewijd door de bisschop van Guic-Kastel (= Winchester). Hij wijst een bisschopsfunctie af, verzamelt, zo jong als hij is, twaalf monniken rond zich en steekt over naar Armorica (= nagenoeg het huidige Bretagne). Hij landt op het eiland Ouessant op een plek die destijds bekend stond als ‘Portus Boum’ (= ‘Veehaven’, het huidige Porz Pol = Paulushaven). Ze vestigen zich op een plaats die later zal uitgroeien tot Lampaul (= ‘kluizenarij van Paulus’). Na enige tijd steken ze over naar het vasteland en beginnen een nieuwe vestiging, het huidige Lampaul-Ploudalmezou. Daarnaast komen er nog twee nieuwe stichtingen: Lanilldut (= ‘kluizenarij van Illtud, genoemd dus naar zijn leermeester in Wales) en Lampaul-Plouarzel.

Nu verlangt hij zich ergens definitief te vestigen. Zijn oog valt op de plaats Occismor. Op dat moment bevindt de plaatselijke gezagsdrager zich op het eiland Batz. Als hij hem ontmoet blijkt het een verre neef van hem te zijn, Withur. Deze geeft hem het eiland Batz voor een kloostervestiging. Met behulp van de Frankische koning Childebert wordt Pol in 530 tot bisschop benoemd van het nieuwe diocees Occismor en Léon.
Vanuit zijn nieuwe vestiging stuurt hij medewerkers onder de mensen met de bedoeling dat zij temidden van de mensen het evangelie verkondigen vooral door hun heilige levenswijze van kluizenaar. Tot hen behoren Guirec († 547; feest 17 februari), Maudez († 550; feest 18 november), Armel († 552; feest 16 augustus) en Tudwal († 564; feest 30 november).

Intussen heeft hij veel aan krachten ingeboet, en benoemt Sint Jaoua († 554; feest 2 maart) tot zijn opvolger als bisschop. Maar deze sterft al vrij kort daarna. Zo gaat het ook met diens opvolger, Sint Tiernomail. Ketomeren neemt zijn plaats in. Intussen brengt Pol zelf zijn laatste jaren door in zijn kloostertje op het eiland Batz. Daar sterft hij op een 12e maart, waarschijnlijk van het jaar 572.

Levensbeschrijving
In 884 schrijft een monnik van klooster Landevennec, Wrmonoc geheten, Pols levensverhaal. Waarschijnlijk was hijzelf afkomstig uit de landstreek Léon en kon hij zich baseren op min of meer authentieke documenten. Voor het overige is het bericht een aaneenschakeling van wonderlijke gebeurtenissen (juist als het evangelie!). Het weerspiegelt veeleer het beeld van een heilige zoals de monniken dat toen hadden, dan dat het enige informatie geeft over Pols bijzondere levensomstandigheden.

Pol werd al gauw bekend. Toen het beroemde klooster van Caldey eens werd bedreigd door overstromingen, trok hij eenvoudig met zijn staf een lijn op het strand: tot zover mocht de zee oprukken. Het water is er nooit overheen gegaan.
Kort daarna trad hij op tegen de zwermen vogels die de rijke gewassen op het veld dreigden te vernietigen. Hij beval ze bijeen te komen in een schuur, waar ze door vader abt Illtud werden onderwezen. Nooit meer hebben ze daar last gehad van die dieren: de oogst was eens voorgoed gered.
Zijn zus leidde een stukje verderop ook een klooster. Ook zij had te kampen met wateroverlast. Toen Pol naar haar toeging om voor zijn vertrek naar Armorica afscheid te nemen, legde hij een rij steentjes op het strand. Daarmee gaf hij de grens aan tot hoever het water mocht komen. Ook hier is het er nooit overheen gegaan. De steentjes groeiden uit tot een rotsformatie die tot op de dag van vandaag bekend staat als De Weg van Sint Pol.

In de buurt van Lampaul-Plouarzel moets hij zijn leerlingen en gezel Jaoua te hulp komen. Diens kluizenaarshut werd telkens vertrapt door een enorme buffel. Sint Pol temde het ondier en vanaf dat moment kon Sint Jaoua daar in alle rust verblijven.
Eens was hij met zijn gezellen op wegnaar Occismor. Ze waren zo moe en uitgedroogd dat Sint Pol achtereenvolgens drie bronnen liet ontspringen. Een ervan wordt nog in ere gehouden te Prat Pol.

Op het eiland Batz huisde een ijselijk drakenmonster dat alles op zijn pad verslond. Zo dapper en sterk Withur en zijn mannen ook waren, hier stonden zij machteloos: ze konden niets tegen het ondier beginnen. Sint Pol bood aan te helpen. Hij vroeg een dappere jongeman mee, Nuz geheten, en ging het monster onverschrokken tegemoet. Hij wierp het zijn stola om de nek en leidde het vervolgens naar een hoge rotspunt. Daar gaf hij het bevel zich in de diepte van het water te storten. En het beest gehoorzaamde prompt. Sindsdien heet het daar ‘Toull ar Sarpant’ (‘Slangengat’). Het eiland was voorgoed bevrijd van de plaag.
[Pzc.2002p:60]

Verering & Cultuur
Krachtens zijn laatste wilsbeschikking moeten de eilandbewoners tot hun verdriet zijn stoffelijk overschot afstaan aan de kathedrale kerk op het vasteland. Sindsdien wordt die plaats naar hem genoemd: Oppidum Pauli in de 9e eeuw; in 1371 staat het bekend als Castrum Sancti Pauli =  ‘Sint Paulusstad’, het huidige St-Pol-de-Léon.

Het is goed op te merken dat dergelijke wonderen van allerlei andere, vooral Bretonse, heiligen worden verteld. Zo deed een heilige blijkbaar in de ogen van de toemalige gelovigen.

Door de dreiging van de invallen der Noormannen worden ziijn relieken in 954 overgebracht naar de benedictijner abdij van Fleury aan de Loire. Daar vielen ze in de 16e eeuw ten prooi aan de vernietiging door de Reformatie.
Op de 3de zondag van juli vindt er te St-Pol-de-Léon een pardon plaats ter ere van hem.

Patronaten
Naast St-Pol-de-Léon zijn er in Bretagne nog verschillende aardrijkskundige benamingen die aan Sint Pol herinneren:
alle plaatsen met Lampaul, Pors Paul en Porz Paul en Mespaul (Finistère),  Lamballe, Pléboulle, Paule en de plaatsen die Saint-Paul heten (Côtes-du-Nord).
Bovendien is hij patroonheilige van Saint-Pol-sur-Mer (bij Duinkerken).

Afgebeeld
Hij wordt afgebeeld met een draak; met een homp brood en een kan water (dat was lange tijd zijn enige voedsel).

Met Sint Brieuc van St-Brieuc, Sint Samson van Dol, Sint Malo van St-Malo, Sint Paternus van Vannes, Sint Corentin van Quimper en Sint Tudwal van Tréquier behoort hij tot de zeven stichter-bisschoppen van Bretagne.


Bronnen
[Aut.1986p:24; BeL.1936p:18.152; Ha1.1838p:412; Lin.1999; Nwm.z.j.jr:0573; Pzc.2002p:57; Rgf.1991p:392; Rld.1963; Dries van den Akker s.j./2010.03.26]

© A. van den Akker s.j.

VoorwoordHoe wordt men heilige?
© AuteursrechtWoordenboek
LeeswijzerGastenboek
Bronnen