× 
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

           
welkom menu contact zoeken
HeiligenkalenderHeiligen op naamPatroonheiligenHedendaagse namenMeer...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van de hagiografieën, overleed 30 oktober 2022
† ca 400  Onufrius de Grote

Info afb.

Onufrius (ook Eunufrius, Honufrius, Humfrey, Humphrey, Onofrio, Onufle, Onufrios, Onuphre, Onuphrius of Onyphrius) de Grote (ook van Egypte, van de Thebaïs of Woestijnvader); woestijnvader; † ca 400.

Feest 10 & 11 & 12 juni.

Hij verlangde ernaar om in afzondering als woestijnmonnik te leven. Hij kreeg zijn opleiding in Hermopolis Magna (nu: El Asjmoeneen in Midden-Egypte). Vervolgens leefde hij zestig jaar als kluizenaar in de woestijn van de Thebaïs, in Opper-Egypte.
Zijn levensverhaal staat op naam van de woestijnvader Pafnutius († ca 370; feest 9 februari), maar historisch gesproken is dat onwaarschijnlijk, omdat Onufrius' dood wordt geschat op ongeveer 400, en die van Pafnutius op 370. We mogen dus aannemen, dat de verteller zijn verhaal heeft toegeschreven aan Pafnutius om zo meer aandacht te krijgen; in die tijd een niet ongebruikelijke methode.

Toen 'Pafnutius' Onufrius ontmoette, trok deze rond op een ezel om de boodschap van boete en versterving omwille van het evangelie te verkondigen. Op dat moment was hij slechts gehuld in zijn eigen lange witte baard en in een schamele bedekking van ruw-geweven palmbladeren.

Legende [Deze gegevens zijn ontleend aan de fresco’s in de kloostergang van de Sant’ Onofrio te Rome]
Volgens de legende is hij een Abessijnse koningszoon. Zijn ouders kunnen aanvankelijk geen kinderen krijgen. Daarom smeken ze God om verhoring. Als de koningin eenmaal in verwachting is, fluistert de duivel de koning in dat het kind niet van hem is, maar de vrucht van overspel. Het beste is om het meteen na de geboorte in het vuur te werpen, aldus de duivel. Dat doet de koning, zodra het kind ter wereld komt. Maar een engel komt tussenbeide en adviseert het kind te laten dopen. De koning brengt zijn pas geboren zoon naar een monniksgemeenschap om daar een goede opvoeding te ontvangen. Drie jaar lang wordt hij door een wit hert gevoed.
Als kleine monnik deelde hij zijn brood met het Christuskind op de schoot van zijn Moeder. ‘Jij hebt immers niets te eten. Dan eten we samen van mijn brood,’ aldus de kleine Onufrius. Toen er niet lang daarna hongersnood uitbrak, vroeg hij aan de kleine Jezus om brood, die hem prompt een enorm brood schonk. De jongen gaat er onmiddellijk mee naar vader abt. Deze zet meteen de lofzang in: ‘Te Deum laudamus…’ (‘U, God, loven wij!’) De jongen valt natuurlijk meteen in met de juiste woorden: ‘Te Dominum confitemur!’ (‘U, God, prijzen wij!’). Vader abt beseft welk een heilige, engelachtige geest in de jongen schuilt en wil hem het liefst tot abt aanstellen. Zijn leeftijd verhindert dat echter. Wel houdt de jongen niet lang daarna een vurige instructie over de schoonheid van het kluizenaarsleven in de woestijn.
Hij trekt de woestijn in en wordt daar bemoedigd door een visioen: een vurige zuil verschijnt aan de hemel, terwijl hij hoort zeggen: ‘Ik ben een engel van de Heer. Vrees niet!’
Hij stuit daar op een stokoude woestijnvader, Hermeus. Deze wijst hem de bron waarvan hij leefde, biedt hem zijn cel aan, en sterft. Onufrius zorgt voor een eerbiedige begrafenis.
Dertig jaar verblijft hij zo in dienst van de Heer in de woestijn. Door een engel wordt hij dagelijks van brood voorzien. Een wonderbare dadelpalm geeft hem vruchten en elke zondag brengt de engel hem de heilige communie. Zo wordt hij uiteindelijk ontdekt door Pafnutius. Onufrius begeleidt zijn gast naar zijn cel. Pafnutius ziet dat er brood klaar ligt en een kruik water. Pafnutius is er getuige van dat Onufrius bidt voor al degenen die hem in hun gebed gedenken, en vraagt dat hun gebeden mogen worden verhoord. Vervolgens sterft Onufrius. Pafnutius ziet hoe zijn ziel ten hemel wordt opgenomen. Leeuwen schieten te hulp om een graf voor de heilige te graven. Uiteindelijk droogt de bron van Onufrius op, de dadelpalm valt om, en Pafnutius wordt gezegd naar Egypte terug te keren.

Verering & Cultuur
Mede dankzij de levensbeschrijving van 'Pafnutius' werd Onufrius zeer populair. In de oosterse kerk genoot hij al vroeg verering.
Zo had hij twee gebedskapellen in Constantinopel. Met de kruisvaarders kwam zijn verering naar het westen. Hij kreeg o.m. een kerk in Rome, de Sant’ Onofrio.

Patronaten
Hij is patroon van de stad München, waar sinds 1158 zijn schedel wordt bewaard. In 1180 kwamen er ook relieken naar Braunschweig; ook deze stad eert hem als patroon. Daarnaast is hij patroon van kluizenaars en wevers (dit laatste omdat hij het klaarspeelde van zijn eigen lange haren een kleed te 'weven' om zijn lichaam); zijn voorspraak wordt ingeroepen voor het vee.

Afgebeeld
Hij wordt afgebeeld met scepter en kroon (slaat op zijn vermeende koninklijke afkomst); als oude kluizenaar met een golvende witte volle baard en wilde haren; gehuld in een pels, dierenhuid of in een mantel of lendengordel van bladeren; met stok of staf in de hand en kroon op het hoofd; naakt op handen en voeten; bedekt met haren; een engel reikt hem de eucharistie aan; gebedssnoer; kruis.


Bronnen
[Ere.1654p:27; Fre.1964p:26; Kib.1990/8kol:84.85.86.87.88; Mel.1978p:358(vig); Rge.1942;   Rld.1963»Onufre; RR1.1640»06.12; SHC.1985»06.12; Dries van den Akker s.j./2015.02.27]

© A. van den Akker s.j.

VoorwoordHoe wordt men heilige?
© AuteursrechtWoordenboek
LeeswijzerGastenboek
Bronnen